Nederlandse voorbeelden van subscription economy

Nederlandse voorbeelden van subscription economy

Veel webwinkels hebben hun verdienmodel omgegooid en zijn van het traditionele betalen per product geswitcht naar het periodiek betalen voor één of meerder producten. Dit abonnementsmodel leidt tot de subscription economy. In Nederland zijn er genoeg praktijkvoorbeelden, van start-ups tot B2B-bedrijven, zo blijkt uit onderzoek van Buckaroo.

Het onderzoek is uitgevoerd door Buckaroo, maar bevat zeker niet alleen maar klanten van deze collecterende psp. Ook hoef je hierin niet de geijkte voorbeelden te verwachten, zoals Netflix, HelloFresh en de Dollar Shave Club. “Wij zien, als payment service provider, vanuit de markt steeds meer verschuiving van éénmalige betalingen, naar – wat wij noemen – recurring payments en abonnementsmodellen”, zo vertelt marketingmanager Lars Smit ons. “Onze klanten vragen daarbij vaak naar praktijkvoorbeelden en hoe je de betaalstrategie inricht. Vandaar dit onderzoek.”

Consument betaalt liever voor service dan voor product

De subscription economy lijkt het gevolg van een verschuiving die gaande is in het consumentengedrag. Moderne consumenten betalen liever voor service dan voor een product, zo lijkt het. Gemak speelt hierbij een grote rol. Waarom zou je élke keer weer die wc-rollen, scheermesjes of onderbroeken in je (virtuele) winkelwagen gooien als je die ook elke week of maand in huis kan krijgen en je niet naar de betaling hoeft om te kijken, omdat het automatisch van je rekening wordt geschreven?

Een mooi voorbeeld van de subscription economy is de Swapfiets. Deze richt zich met name op studenten, die vaak een fiets nodig hebben, maar die er geen zin in hebben dat die telkens wordt gestolen of kapot gaat. Voor 12,50 euro per maand krijgen klanten nu een solide fiets (herkenbaar aan het blauwe voorwiel) die het altijd doet en binnen 17 uur kosteloos wordt vervangen of gerepareerd.

Swapfiets

Kleine bedragen, maar grote afzetmarkt

Abonnementsdiensten zijn niet alleen in trek bij tastbare producten, maar juist ook bij diensten. Zoals bijvoorbeeld bij het in 2012 gelanceerde Werkbonapp. Steven Rigter, oprichter en mede-eigenaar zegt hierover: “Met onze abonnementen factureren we kleine bedragen, maar hebben we wel een grote afzetmarkt. En al die tientjes tellen toch bij elkaar op. Het is stapelen. De groei in de subscriptionbranche is cumulatief. Elke maand heb je een zekere inkomst.”

En volgens hem is ‘money on the bank’ belangrijk. “Daardoor kun je meer mensen aannemen en snel groeien. Je ziet dat veel apps tegen een eenmalig bedrag in de App Store staan of in Google Play. Ik begrijp dat niet, want hoe kun je je product blijven doorontwikkelen als er maar eenmalige inkomsten tegenover staan?”

‘Subscription-klanten groeien harder’

Ook in de business-to-business-industrie heeft het abonnementsmodel zijn intrede gedaan. Een voorbeeld hiervan is Raab Karcher, dat materialen levert aan professionals in de bouw, maar via RaabWork ook websites maakt. Ron Kessels, van moederbedrijf Saint Gobain Distribution Benelux: “We zien klanten die gebruikmaken van onze abonnementen drie keer harder groeien dan klanten die dat niet doen.”

RaabWorks maakt websites met instapmodellen vanaf 20 euro per maand en levert extra modules vanaf 5 euro per maand meer. Ook biedt het de Calculatie App via een freemium model. “Zo’n calculatiemodel en website zijn niet gemaakt om geld aan te verdienen. Maar als dienst voor klanten, het spaart de klanten een hoop tijd en dus geld. In ruil daarvoor zien we dat klanten loyaler worden en meer bouwmateriaal bij ons bestellen.”

Over de auteur

Over de auteur

Ecommerce News is een website van Eurolutions. Alle berichten zijn geschreven door onze eigen redactie.

Meer over ons

Gerelateerde berichten